HOE WORDT EEN FIETSBAND GEMONTEERD?
- Alle spaakgaten moeten volledig en stevig afgedekt worden met een geschikt velglint (Fig. 1).
- Pomp de binnenband lichtjes op tot hij een ronde vorm heeft. Steek het ventiel door het daarvoor bestemde gat in de velg.
- Leg de binnenband in de band (Fig. 2).
- Gebruik geen scherpe montagehulpmiddelen (Fig. 3).
- Begin tegenover het ventiel en monteer de andere kant van de band op de velg. De binnenband mag niet tussen de band en de velg worden gedrukt (Fig. 4).
- Zorg ervoor dat het ventiel in een rechte hoek staat (Fig. 5).
- Centreer de band voordat u hem op de gewenste spanning brengt.
- Gebruik een manometer (bijv. Schwalbe Airmax Pro) om de bandenspanning in te stellen. De toegestane bandenspanning staat op de zijkant van de band aangegeven (Fig. 6).
- Controleer de bandenspanning minstens één keer per maand met een manometer (Fig. 7).
Anker
WAAROM ZIJN BANDEN SOMS ZO MOEILIJK TE MONTEREN?
Als de diameters van velg en band niet optimaal op elkaar zijn afgestemd, treden er vaak montageproblemen op.
Velgen mogen een tolerantie in diameter hebben van ± 0,5 mm (D1). Daarnaast mag de hoogte van de velgrand ook een tolerantie van ± 0,5 mm (G) hebben. Dit leidt tot een totale tolerantie van ± 1,5 mm in de buitendiameter (D2), of ± 4,7 mm in de buitenomtrek (U). Dit komt overeen met een maximaal mogelijk verschil in omtrek van 9,4 mm tussen de grootste en kleinste velg.
De band moet in beide extreme gevallen passen. Omdat ook op de kleinste toegestane velg een goede passing moet worden gegarandeerd, kan het op de grootste toegestane velg moeilijk zijn om de band correct te monteren en te centreren.
SCHWALBE banden worden met een omtrektolerantie van ± 1 mm geproduceerd.
WAT MOET IK DOEN ALS DE BAND MOEILIJK OP DE VELG TE MONTEREN IS?
Het is altijd handig om de montage tegenover het ventiel te beginnen en bij het ventiel te eindigen, omdat de te monteren bandhiel over een zo groot mogelijke afstand goed in de velg moet zitten.
In plaats van de band met je duim aan te drukken, is het vaak gemakkelijker om de hiel vanaf de andere kant over de velgrand te "rollen".
Bandenlichters zijn natuurlijk erg handig. Pas op dat je de hiel van de band niet beschadigt. Hef slechts een klein stukje op en gebruik de bandenlichter vaker. Gebruik nooit bandenlichters van metaal.
De Marathon Plus in de smalle uitvoering blijkt soms lastiger te monteren. Door de stijve vorm van de band glijdt deze steeds uit het diepste gedeelte van het velgbed en dan is het bijzonder lastig om het laatste stukje band over de velgrand te trekken. Een derde hand die de band aan de andere kant in het midden van de velg houdt, helpt hierbij. Een tie wrap of een oude toeclipriem kan ook goed dienst doen als "derde hand".
De Schwalbe bandenlichter is vooral handig in moeilijke montagesituaties. Je kunt hem op de velg klemmen en het reeds gemonteerde deel van de bandhiel ermee vastzetten. Deze glijdt er dan niet meer uit als je het laatste deel over de velg trekt. Plaats de bandenlichters op een kleine afstand van elkaar als je de hiel over de velgrand trekt.
Idealiter gebruikt u de Schwalbe bandenlichters en ook de Schwalbe EASYFIT montagevloeistof of een oplossing van een beetje water met een druppel zeep of afwasmiddel. Aangebracht aan beide zijden van de bandhiel glijdt de bandhiel beter in de velgrand.
TIP: Als fietsbanden moeilijk te monteren of te verwijderen zijn, helpt het in de meeste gevallen om tubeless velglint te gebruiken in plaats van het standaard velglint dat meestal wordt gebruikt. Tubeless velglint is veel dunner dan standaard velglint en geeft de bandhiel dus iets meer ruimte in de velg. Bovendien kan de bandhiel via een tubeless velglint gemakkelijker in de velgrand en uit de velgrand glijden. Het tubeless velglint moet ongeveer twee millimeter breder zijn dan de binnenbreedte van de velg.
Anker
WAT TE DOEN ALS DE BAND NIET KAN WORDEN GECENTREERD?
Als de velgdiameter te groot en/of de banddiameter te klein is, zal de hiel van de band moeilijk in de juiste positie op de velgschouder glijden.
Remedie: de bandenspanning kortstondig verhogen en/of de hiel van de band insmeren met zeepwater of montagevloeistof om het glijden makkelijker te maken.
Onze Easy Fit montagevloeistof is heel eenvoudig aan te brengen op de bandhiel met het handige sponsje- zonder gereedschap en vette vingers. Als de band is opgepompt, glijdt de hiel gemakkelijk in de juiste positie op de velg. Na ongeveer 10 minuten is de vloeistof volledig verdampt.
Als de velgdiameter te klein is en de banddiameter te groot, zal de band niet goed vastzitten, ongeacht de bandenspanning. De remedie is meestal om de band met de hand te centreren bij een zeer lage bandenspanning. Bewerk de band met je duim totdat de centreerlijn van de band op alle punten parallel aan de velg loopt.
op alle punten parallel aan de velg loopt. Pas dan kun je de band volledig oppompen.
WAAR MOET JE OP LETTEN BIJ HET MONTEREN VAN WESTWOOD VELGEN?
Een "gehaakte velg" is tegenwoordig de norm - d.w.z. een velg waarvan de velgranden bovenaan naar binnen toe eindigen met een haak. Er zijn echter nog steeds veel zogenaamde "Westwood"-velgen op de markt. Nederlandse fietsen gebruiken ze bijvoorbeeld vaak. Deze klassieke velgen hebben geen haak die de band vasthoudt en centreert. Bovendien zijn Westwood-velgen gemaakt van staal met een zeer glad oppervlak. Deze velgen vereisen speciale aandacht tijdens de montage.
Bandenspanning max. 5 bar. Over het algemeen zijn dergelijke velgen niet geschikt voor hoge druk. De maximaal mogelijke spanning van de band kan meestal niet worden gebruikt op dergelijke velgen. De ETRTO-standaard beperkt de bandenspanning tot 5 bar. We raden aan om iets meer veiligheidsreserve in te bouwen en het op 4 bar te houden. Dit betekent ook dat deze velgen niet geschikt zijn voor smalle banden of zware fietsers.
Tegenwoordig zijn er ook moderne MTB carbon velgen zonder haken op de markt. Volgens onze ervaring tot nu toe werkt het monteren van banden op deze velgen echter probleemloos.
De bijbehorende flankhoogtes en materiaaloppervlakken (wrijving) zorgen voor voldoende beveiliging voor het afspringen van de band.
HOE MONTEER JE EEN TUBE?
Let op: tubes moeten goed op de velg worden bevestigd met een speciale lijm (bijv. Schwalbe Tubular Glue)!
Voorbereiding 1:
Voer als test de montage uit zonder lijm (2, 8-10). Controleer de ventiellengte, plaats zo nodig een ventielverlenger. Advies: leg de band van tevoren met een lage spanning op de velg. Dit vergemakkelijkt de montage.
Voorbereiding 2:
Band: pomp de band lichtjes op tot hij een ronde vorm heeft (2). Smeer de beschermband gelijkmatig in met een laag lijm (3) en laat minstens 6 uur drogen (5).
Nieuwe velg: ontvet, ruw eventueel het velgbed op met fijn schuurpapier (1). Volg de instructies van de velgfabrikant! Breng een laag lijm gelijkmatig aan op de velg (4) en laat minstens 6 uur drogen (5)!
Gebruikte velg: controleer het bestaande lijmbed. Een gelijkmatig en intact lijmbed kan verder worden gebruikt. Als het bed erg ongelijkmatig is, verwijder dan alle lijmresten van de velg en breng nieuwe lijm aan (4). Laat minstens 6 uur drogen (5).
Montage:
Breng een nieuwe laag lijm aan op band en velg (6/7). Monteer de band direct: het ventiel insteken. Trek de band zeer krachtig naar beneden zodat het laatste stuk van de band zo gemakkelijk en gecontroleerd mogelijk over de velgrand kan worden getrokken (8-9). Centreer de band. Gebruik de rand van het velgling als richtlijn (10). Pomp de band op tot ongeveer 9 bar/130 psi (11) en druk hem aan met al je lichaamsgewicht. Verwijder eventuele lijmresten van de remflanken van de velg.
Belangrijk: Laat de band 24 uur op spanning rusten (12)! Controleer de banden regelmatig. Rij nooit op banden met beschadigd of loszittende velglint.